Utrecht, 18 maart 2019
Maandag 18 maart 2019, een dag die in onze herinnering zal blijven. Rond 10.45 uur opent een man in een tram in de Utrechtse wijk Kanaleneiland het vuur op meerdere mensen. Het nieuws verspreidt zich razendsnel over Nederland. Een trieste voorlopige balans: 3 doden, 3 zwaargewonden, enkele lichtgewonden. Premier Mark Rutte spreekt over een gitzwarte dag voor Nederland.
Nederland breed zijn er intense gevoelens van meeleven met de slachtoffers en hun directe familie en vrienden. Daarbij gevoelens van verbijstering en afschuw.
Daarbij ook gevoelens van respect en dankbaarheid voor de wijze waarop politie, OM, hulpverleners, de gemeente Utrecht, de Nederlandse regering en vele anderen hun taak rondom deze schokkende en ingrijpende gebeurtenissen hebben uitgevoerd.
Respect ook voor de wijze waarop diverse media en de diverse deskundigen die aan het woord zijn gekomen zich deze dagen op een evenwichtige en genuanceerde wijze uitlaten. Zoals bijvoorbeeld professor Beatrice de Graaf in “De Wereld draait door”, die daarbij ook haar lof uit over de uitstekende en zorgvuldige wijze waarop deze zaak is behandeld door politie en betrokken bestuurders.
Tegen die achtergrond komen allerlei meningen en het trekken van voorbarige conclusies van de zijde van mensen die zeer beperkte kennis hebben van alle ins en outs goedkoop over.
Dankbaarheid voor het Nederland waarin wij wonen
We kunnen dankbaar zijn dat er – ondanks de vele verschillen op politiek, sociaal, etnisch en levensbeschouwelijk gebied – in ons democratische land bij velen een gemeenschappelijke basis is van wederzijds respect vanuit menselijke waarden zoals meeleven, verdraagzaamheid en naastenliefde.
Ik bid voor alle naasten van de slachtoffers, voor de gewonden en ook voor ons mooie land Nederland met haar overheid en bestuurders.